Leestijd: 3 minuten

Een grote groep mensen werkt mee aan het script wat ons nu wordt voorgeschoteld. Een script waarin wij de proefkonijnen zijn, maar niet alleen nu. Al eeuwenlang worden we in een ijzer greep of zoals ik het zelf noem “loop” gehouden. Daarin vertrouwen we blindelings op de wetenschap en de kennis die daarin wordt gedeeld. We vertrouwen op de kennis die in het onderwijs wordt doorgegeven en die wordt gezien als de ‘basis’. In het voorgezet – en daarna middelbaar beroepsonderwijs wordt deze basis verder uitgewerkt. Maar goed, wie en wat stelt dan deze basis vast en waarom gaan veel van de onderdelen van deze zogenaamde basis in tegen onze eigen gevoelens.

Laat een kind, kind zijn.

Ik heb mijzelf altijd al de vraag gesteld waarom er wordt gesproken over speciaal -en regulier onderwijs. Zodoende wordt er van jongs af aan al gewerkt aan een tweedeling. Overigens niet alleen een tweedeling onder kinderen, maar ook een tweedeling onder ouders en leerkrachten. Het is, als je er goed over nadenkt, te gek voor woorden dat wij dit hebben laten gebeuren. De mens mag graag labelen en indelen in hokjes. Dat gebeurt niet alleen in het onderwijs, maar dat gebeurt overal. In het onderwijs delen we kinderen in groepen zoals intensief, verdiepend, basis of extra. Er worden hier overigens ook andere terminologieƫn voor gebruikt. Op basis van een dergelijk format wordt o.a de instructiebehoefte bepaald en de lesstof aangepast. Gedurende een maand of 5 wordt er dan hard gewerkt om kinderen voor te bereiden op de eerste tussenmeting, namelijk de Citotoets. Sommige scholen gebruiken ook een ander toets, maar het grootste deel van de scholen gebruikt men de toetsen van Cito. Op basis van deze metingen worden scholen afgerekend en wordt de kwaliteit van een school vastgesteld. Scholen zijn als de dood dat deze scores onder het vastgestelde landelijk gemiddelde komen, want dan is de kans groot dat men bezoek krijgt van de onderwijsinspectie! Met andere woorden, de indoctrinatie moet wel goed gebeuren!

Met regelmaat worden er kinderen vanuit het reguliere onderwijs naar het speciaal onderwijs gestuurd. Dit gebeurt al op zeer jonge leeftijd. ‘hoort dat kind hier wel thuis’ of ‘zit dat kind hier wel op de juiste plek’ , zijn vaak gemaakte opmerkingen.

Nu is er niets mis mee dat je kinderen een bepaalde basiskennis mee wilt geven. Maar je kunt je daarbij wel afvragen wie die basiskennis dan vormgeeft. Dan komen we uiteraard al vrij snel uit bij de denktanks van de overheid. Deze heeft voor de verschillende (zaak)vakken een aantal leerlijnen opgesteld. Een curriculum met daarin beschreven wat een kind op de basisschool aan het eind van groep 8 zou moeten kunnen. Ook worden daarin de tussendoelen genoemd.

Druk

De druk die wordt gelegd op de resultaten op deze toetsen is enorm. Enerzijds voor de scholen zelf, anderzijds wil je als ouders het beste voor je kind en als leerkracht probeer je om ervoor te zorgen dat kinderen zo goed mogelijk onderwijs krijgen. Echter wat voor het ene kind goed onderwijs is, is dit voor een ander kind weer niet. Verschillen zal je altijd blijven houden. Dat kinderen en ouders zich onderling bezig houden met scores van een Cito, vind ik zorgwekkend. En wat zeggen deze scores op termijn van de toekomst die u kind zal hebben? Niets! Ook uw kind zal erachter komen dat het een groot deel van deze basiskennis niet nodig zal hebben. Ook zal het erachter komen dat onze wereld er iets anders uitziet, dan dat er op scholen wordt aangeleerd. Ondertussen wordt de druk om goede scores te halen steeds hoger. De administratieve druk wordt steeds hoger, want alles moet worden vastgelegd. Je kunt je de vraag stellen waarom? Simpel, om een dossier op te bouwen. Want mocht de onderwijsloopbaan niet naar wens verlopen, dan is het voor de school vrij simpel om een leerling te verwijzen naar het(voorgezet) speciaal onderwijs.

Van jongs af aan wordt er dus al druk uitgeoefend op kinderen. Als een kind niet mee kan komen met de rest van de groep, dan heeft u waarschijnlijk vrij snel een oudergesprek met de leerkracht. Dat het kind anders leert of er simpelweg nog niet aan toe heeft wordt veelal buiten beschouwing gelaten. Soms wordt er extra werk meegegeven om extra bij te spijkeren, iets wat veelal zorgt voor extra druk bij het kind. Het uiteindelijke doel is dat kinderen de vooraf opgestelde (vaardigheid)score behalen die de leerkracht voor het kind heeft vastgesteld. Als dit niet lukt, dan wordt er veelal extra hulp ingezet om dit alsnog te bewerkstelligen. Bij sommige kinderen zie je dan weerstand ontstaan en dat is precies waar ik het graag over wil hebben.

De bovenstaande situatie zorgt veelal voor een relatie tussen ouders en scholen die onder druk staat. Worden er onvoldoende scores behaald, dan ligt aan de leerkracht of heeft de school het niet goed voor elkaar. Maar misschien is het probleem wel dat het kind er gewoonweg nog niet aan toe is.

Weerstand

We creƫren weerstand op momenten dat we iets moeten doen wat tegen ons eigen gevoel ingaat. Maar goed, de leerlijn die de basis omvat zijn in het onderwijs heilig verklaard. De ontstane poppenkast wordt door de scholen zelf in stand gehouden. Vanuit de overheid geldende maatregelen worden slaafs gevolgd. Dat dit ten koste gaat van het plezier van de leerling en leerkracht maakt niet uit.